Sinds maart 2017 mogen gemeenten autonoom beslissen of ze maximaal 1 maal per jaar een retributie van hoogstens 50 euro innen voor de hernieuwing, verlenging of vervanging van de A-kaart, de verblijfskaart van erkende vluchtelingen. De administratie rond verblijfskaarten is een pak complexer dan voor identiteitskaarten van eigen onderdanen. Dat zorgt voor een bijkomende werklast voor de lokale besturen, wat deze nieuwe taks meteen ook rechtvaardigt.
In Boom werd eerder dit jaar dan ook een zogenoemde vreemdelingentaks ingevoerd op voorstel van Vlaams Belang, gesteund door N-VA, Open VLD en CD&V. Ook Antwerpen en Lubbeek hebben zo'n taks. Sindsdien heffen vele Vlaamse gemeenten die taks.
Als gemeenteraadslid van oppositiepartij Vlaams Belang zette ik deze vreemdelingentaks als bijkomend punt op de agenda van de gemeenteraad van juni. Burgemeester De Wit (N-VA) had wel oren naar de vraag, maar wilde eerst de gesprekken met de burgemeesters van de buurgemeenten afwachten. "We willen dezelfde bedragen vragen als zij om te vermijden dat de ene gemeente aantrekkelijker zou worden dan de andere."
Met de vakantie voor de deur vroeg onze burgermoeder om het punt terug op de agenda van oktober! te zetten. Maar... voor de gemeenteraad van oktober diende de N-VA fractie zelf een amendement in, wenste verder overleg met de burgemeesters uit de buurt om dan in januari 2018 zelf met een voorstel naar de gemeenteraad te komen. Wordt vervolgd...
Overwegende dat Aartselaar op een boogscheut van Antwerpen ligt, kan onze gemeente niet anders dan ook 50 euro vreemdelingentaks vragen "om shoppen te voorkomen". Waarom dan dit uitstel? Is N-VA op zoek naar een geschikte verpakking? Is een agendapunt van Vlaams Belang goedkeuren het probleem?